1. Stabiele, constante trekfunctie, zelfcontrole bij inschakelen, automatische foutdetectiefunctie;
2. Opslaggeheugenfunctie, vier groepen ponden kunnen willekeurig worden ingesteld voor opslag;
3. Stel vier sets voorrekfuncties in om schade aan de snaren te beperken;
4. Geheugenfunctie van trektijden en instelling van drie treksnelheden;
5. Instelling voor het verhogen van de knopen- en pondenspanning, automatische reset na het knopen en rijgen;
6. Drie-niveau instelfunctie van knopgeluid;
7. KG/LB conversiefunctie;
8. Synchroon racketklemsysteem, zes-punts positionering, gelijkmatigere kracht op het racket.
9. Automatisch vergrendelingssysteem van de werkplaat
10. Extra kolom met 10 cm hoogte optioneel voor mensen van verschillende lengtes
Spanning | Wisselstroom 100-240V |
Stroom | 50W |
Geschikt voor | Badminton- en tennisrackets |
Nettogewicht | 55 kg |
Maat | 48x106x109cm |
Kleur | Zwart&Rood |
Het kan enige oefening vergen om te leren hoe je een racket moet bespannen met een bespanmachine, maar hier zijn de basisstappen om te beginnen:
Zorg dat u de benodigde benodigdheden bij de hand hebt: een bespanmachine, racketsnaren, bespangereedschap (zoals een tang en priem), clips en een schaar.
Bereid het racket voor: Gebruik een snijgereedschap om de oude snaren van het racket te verwijderen. Pas op dat u het frame of de ogen niet beschadigt. Bevestig het racket aan de machine: Plaats het racket op de montagepaal of klem van de bespanmachine. Zorg ervoor dat het veilig en stabiel staat.
Sluit de voeding aan: begin met de voeding (verticale snaar). Rijg de snaar door de startclip, leid deze door het daarvoor bestemde oogje op het racketframe en zet hem vast aan de juiste spanner of spankop.
Het kruis spannen: Zodra de stroom is ingeschakeld, kan het kruis (horizontale snaar) worden gespannen. Rijg de snaar door de daarvoor bestemde gaten volgens hetzelfde proces als bij de voeding.
Zorg voor de juiste spanning: Pas tijdens het inrijgen van elke snaar de spanner of spanningskop aan op de gewenste snaarspanning om de juiste spanning te garanderen.
De snaren vastzetten: Nadat de hoofd- en stangsnaren zijn aangetrokken, gebruik je clips om de spanning op de snaren te houden. Verwijder eventuele speling en draai de clip goed vast.
Knoop het touw vast en knip het door: Zodra alle touwen zijn geregen, knoop je het laatste touw vast met een knoop of een touwklem. Knip het overtollige touw af met een scherpe schaar of schaar.
Spanning controleren en aanpassen: Controleer na het inrijgen de spanning van elke snaar met een spanningsmeter en pas deze indien nodig aan.
Haal het racket uit de machine: Maak de clip voorzichtig los en haal het racket uit de bespanmachine. Onthoud: oefening is essentieel wanneer je leert hoe je een racket bespant met een machine. Begin met eenvoudige bespanpatronen en werk toe naar complexere patronen naarmate je meer ervaring opdoet. Raadpleeg ook de handleiding van je bespanmachine voor specifieke instructies en veiligheidsrichtlijnen voor jouw specifieke machine.